Rechte lijnen tekenen of items uitlijnen met de liniaal in PowerPoint

Het tabblad Tekenen inschakelen om de liniaal te zien

1. Open Bestand > Opties.

2. Tik in het dialoogvenster Opties op het tabblad Lint aanpassen.

3. Schakel in het vak aan de rechterkant van het dialoogvenster het selectievakje Tekenen in.

4. Klik op OK om het dialoogvenster Opties te sluiten.

5. Tik op het tabblad Tekenen. De liniaal wordt op het lint zichtbaar.

   

Items tekenen of uitlijnen

1. Selecteer de dia waarvoor u de liniaal wilt gebruiken.

2. Tik op de liniaal op het tabblad Tekenen om deze weer te geven op het tekenoppervlak van de dia.

3. Plaats de liniaal onder de gewenste hoek.

   • Gebruik één vinger om de liniaal omhoog/omlaag of naar links/rechts te verplaatsen.

   • Gebruik twee vingers om de liniaal naar de gewenste hoek te draaien.

   • Gebruik drie vingers om de liniaal in stappen van vijf graden te draaien.

4. Een lijn trekken    Tik op het tabblad Tekenen op een pen of markeerstift en trek de lijn.

   Afzonderlijke items uitlijnen    Selecteer elk item afzonderlijk en sleep het object totdat de selectiegreep aan de liniaal vastzit.

   Een groep items ineens uitlijnen    Selecteer meerdere items door op elk item te tikken terwijl u Ctrl ingedrukt houdt. Sleep de groep objecten totdat deze aan de liniaal vastzit.

   Een vorm wordt met de zijkant met de liniaal uitgelijnd. Een object (pictogram, afbeelding of tekstvak) wordt met het begrenzingsvak met de liniaal uitgelijnd.

De liniaal besturen met de muis

Verplaats de liniaal door te klikken en slepen met de muis. Als u wilt stoppen met het verplaatsen van de liniaal, laat u de muisknop los.

Draai de liniaal in stappen van één graad door het schuifwiel op de muis te draaien. De liniaal draait op de positie waar de muis wijst. (Voor draaien is een muiswieltje vereist; dit werkt niet met laptop-trackpads.)

De liniaal gebruiken met het toetsenbord

Als u geen aanraakscherm hebt of als u liever het toetsenbord gebruikt, kunt u deze toetsencombinaties gebruiken om de liniaal te manipuleren nadat u de knop Liniaal hebt geselecteerd om deze te activeren op het oppervalk van uw dia.

De liniaal besturen met het toetsenbord:

1. Tik op de liniaal op het tabblad Tekenen om deze weer te geven op het tekenoppervlak van de dia.

2. Klik op de liniaal met de muis.

3. Druk op Shift+F6 om de manipulatiemodus van de liniaal te activeren.

4. Gebruik een sneltoets om de liniaal te manipuleren:

   Actie	Toetsaanslagen
   De liniaal omhoog, omlaag, naar links of naar rechts verplaatsen	Pijl-omlaag, Pijl-omhoog, Pijl-links, Pijl-rechts
   De liniaal draaien in stappen van 15 graden	Houd de Alt-toets ingedrukt en tik voor elke verhoging eenmaal op de pijl naar links of rechts Met de pijl naar links draait u de liniaal tegen de klok in, en met de pijl naar rechts met de klok mee.
   De liniaal draaien in stappen van één graad	Houd Alt+Ctrl ingedrukt* en tik voor elke verhoging eenmaal op de pijl naar links of rechts Met de pijl naar links draait u de liniaal tegen de klok in, en met de pijl naar rechts met de klok mee.

   (Er wordt een donkergrijze rand om de liniaal weergegeven terwijl u deze beweegt, om aan te geven dat de liniaalmanipulatiemodus actief is.)

   * De toetsencombinatie Alt+Ctrl+pijl kan in Windows ook worden gebruikt om het beeld van uw monitor te draaien. De functie voor het draaien van de monitor wordt bestuurd door de grafische kaart van een computer. Als deze functie is ingeschakeld op uw computer, heeft deze een hogere prioriteit dan de liniaalsneltoets, en wordt het beeld op uw monitor 90 graden gedraaid wanneer u op Ctrl+Alt+pijl naar links of rechts drukt. U kunt de draaiing van uw monitor weer terugzetten door op Alt+Ctrl+pijl-omhoog te drukken.

   Als u de toetsencombinatie Liniaalbewerking wilt gebruiken, schakelt u de functie monitor-rotatie uit door met de rechtermuisknop op het bureaublad van uw computer te klikken en een opdracht te kiezen zoals Grafische eigenschappen of Grafische opties. Zoek een sneltoetsopdracht en stel deze in op Uitgeschakeld. (De exacte rangschikking en namen van deze opdrachten verschillen per fabrikant.) Nadat u de functie monitorrotatie hebt uitgeschakeld, kunnen de toetsencombinaties Alt+Ctr+pijl worden gebruikt op zowel de liniaal als op vormen die zijn ingevoegd op een dia in PowerPoint.

De liniaal verbergen

• Tik op de liniaal op het tabblad Tekenen om deze te laten verdwijnen van het tekenoppervlak van de dia.

Vereisten voor de liniaal

	Van toepassing op:
App	PowerPoint voor Microsoft 365:  Huidig kanaal: versie 1702    Semi-Annual Enterprise-kanaal: versie 1803 PowerPoint 2019  Uw Office-versie zoeken
Besturingssysteem	Windows 10 versie 1607 Uw Windows-versie zoeken