De instructie Submacro in Access definieert een afzonderlijke macro in het venster Macro-ontwerper.
Instelling
De actie Submacro kent slechts één verplicht argument.
Actieargument |
Beschrijving |
---|---|
Naam |
Een tekenreeks die als de naam van de macro wordt weergegeven. |
Opmerkingen
U kunt de instructie Submacro gebruiken om afzonderlijke sets met acties te definiëren. Vanuit een andere macro kunt u de in de submacro's gedefinieerde acties uitvoeren met de actie MacroStarten. In het argument Macronaam van de actie MacroStarten gebruikt u de volgende syntaxis om de submacro uit te voeren:
<macronaam>.<submacronaam>
U kunt de instructie Submacro ook gebruiken voor het definiëren van een aantal acties voor het afhandelen van fouten in een macro.
Voorbeeld
De volgende macro laat het gebruik van de instructie Submacro en de macroactie BijFout zien. In dit voorbeeld geeft de actie BijFout op dat Access een aangepaste submacro voor foutafhandeling met de naam ErrorHandler moet uitvoeren wanneer er een fout optreedt. Als er een fout optreedt in een van de daaropvolgende acties, springt Access naar de submacro ErrorHandler. De submacro ErrorHandler geeft een berichtvak weer dat naar het object MacroError verwijst om informatie over de fout weer te geven.
Hier volgt een schermopname van de Access-macroontwerper met het vorige voorbeeld. In dit geval veroorzaakt de expressie in de actie LokaleVarInstellen een fout, omdat deze een getal door nul probeert te delen. Access gaat naar de submacro met de naam ErrorHandler en geeft de foutgegevens in een berichtvak weer.